Het grasveldje naast ons woonblok is niet meer. De woningcorporatie verkocht het aan een investeerder. Deze wilde er 10 appartementen bouwen. Een flatje op het grasveld waar de jaarlijkse buurtbarbecue gehouden wordt. Het grasveld waar kinderen graag spelen. Gelukkig luisterde de wethouder naar de buren. Nu komen er 4 huurhuizen. Net zo groot, iets minder hoog. Scheelt ook meteen een hoop parkeergedoe.
Een stuk licht en lucht in onze volgebouwde buurt is niet meer.
Maar ik vind het prima dat dit stukje grond een nuttige bestemming krijgt. Er is groen genoeg in de wijk met speelmogelijkheden te over voor onze kinderen. Met het bos aan het eind van de straat hebben ook de hondenbezitters niets te klagen.
Best bijzonder om als bestuurder van een woningbouwcorporatie een bouwproject in ‘je achtertuin’ mee te maken. Ik betrap mezelf erop dat ik er gevoelig ben voor de wijze waarop er wordt gecommuniceerd. De investeerder praat alleen met de direct aanwonenden. De aannemer wierp een brief door de deur bij het hele blok. Toch voelde het als een overval toen de bewuste brief op de mat viel. Direct vroeg ik me af: ‘Doen wij dit ook zo?’
Ongeveer op hetzelfde moment trapte ik op de rem van een project waar we al tijden aan werkten. Waar bewoners goed waren betrokken. Waar alleen nog een besluit van de bestuurder nodig was. Om oude huizen te slopen en nieuwe huizen te bouwen. In het gesprek dat ik vervolgens had met het projectteam ging het alleen maar over wat ons besluit betekende voor de bewoners. Deze mensen hadden plannen om het huis op te frissen uitgesteld. In afwachting van sloop ruimden ze alvast op. De verhuisvergoeding zou ze in staat stellen om opnieuw te beginnen. Bewoners die terugwilden verheugden zich al op hun nieuwe, moderne en energiezuinig huis. Bewoners waren beter op de hoogte dan ik als bestuurder.
En zo hoort het.
Uiteraard ken ik de grote lijnen, volg ik het proces van een afstandje en wordt alle informatie op een presenteerblaadje aangeboden op het moment dat een besluit genomen wordt. Niets wordt aan het toeval over gelaten. Het besluit heeft impact op de levens van huurders. Het besluit gaat om veel geld. Het besluit bevat zowel kansen als risico’s. Een ‘spel’ dat we goed beheersen.
Gewoon werk van een bestuurder dus. En ik ging er voor liggen. Waarom? Even weer terug naar de bouw naast het blok waar ik woon.
De 4 huizen worden op de traditionele manier gebouwd. Dit betekent dat er elke dag iets is te zien. Dit betekent ook dat je elke dag een klein resultaat ziet. Het gat werd gegraven. Bronnen voor de warmtepompen geslagen. Beton gestort voor de fundering. Muren voor de kruipruimte gelijmd. Deels weer afgebroken omdat er gaten voor de riolering in moeten. Rioleringbuizen worden gelegd. Vloerplaten worden gebracht en door een kraan gelegd. Binnenmuren worden gelijmd. Verdiepingsvloerplaten worden gebracht en door een kraan gelegd. En verder gaat het met het lijmen van de binnenmuren op de eerste verdieping. Enz. Enz. Elk onderdeel wordt door vrachtwagens aangevoerd en handmatig geplaatst. Af en toe komt er een kraan om zware betonnen onderdelen op hun plek te tillen.
We zijn nu twee maand verder en het is nog niet te zien dat er huizen komen. Als ze een leek vertellen dat er winkels of garageboxen komen geloven ze het ook. En heel bijzonder. Het geluid dat ik hoor zou je eerder verwachten op een autosloperij en in een atelier van een beeldhouwer dan op een bouwplaats. Er wordt wat afgeslepen en gebikt om onderdelen passend te maken. Nog afgezien van de veelheid aan busjes van evenveel onderaannemers die in allerlei variaties dagelijks verschijnen. Niet voor niets is er een projectleider én een uitvoerder aangesteld om het geheel te coördineren. Voor vier standaard huizen! Straks als het dak er op zit verandert de bouwplaats in een mierenhoop weet ik uit ervaring. Dan struikelen elektriciens, installateurs, schilders, stukadoors, timmerlieden, kozijnmonteurs en medewerkers van netwerkbedrijven over elkaar.
Om gek van te worden.
We zagen de bouwkosten de afgelopen jaren stijgen. De kosten van een huis, gebouwd zoals de huizen bij mij in de buurt, bedroegen zo’n 3 jaar geleden nog zo’n €145.000 inclusief grond en btw. Vandaag zou de bouw van een dergelijk huis ons €195.000 gaan kosten. De huur is in deze periode amper omhoog gegaan omdat onze huurders nou eenmaal niet meer kunnen betalen.
Een doodlopende weg om op deze wijze huizen te blijven bouwen. En naast de kosten ook nog eens erg nadelig voor mens en natuur. Materialen die steeds schaarser worden. Die de aarde uitputten. Al die vervoersbewegingen met vrachtwagens en busjes. En traag omdat elke steen gestapeld wordt door een bouwvakker. Een vakgroep die steeds schaarser wordt. Net als de materialen.
Mijn interventie was bedoeld om het roer om te gooien. We blijven de bewoners en de omgeving goed meenemen. Alleen gaan we vaker betaalbare huizen uit een fabriek bouwen. Huizen die wij of onze bewoners van papier of van het scherm kunnen kiezen. Geen langdurige ontwerptrajecten met architecten en adviseurs die elk project beginnen alsof het de eerste is. Elke keer weer met een leeg vel papier. Geen langdurige bouwprojecten waarbij de buurt lange tijd overlast ervaart. Waar wij als organisatie veel tijd en geld besteden om het in goede banen te leiden.
Onze mensen schakelden snel. In rap tempo startten we een marktverkenning naar circulaire industriële bouw op. Aanwezige kennis in de organisatie werd aangeboord. Afwegingskaders werden ontwikkeld. Er werd goed samengewerkt. Er werd gerekend. Er werd gewikt en gewogen. Ik heb collega’s horen zeggen dat hun werk in een maand tijd totaal is veranderd. Leuker is geworden. Ingewikkelder ook. Maar ook onzekerder.
We beginnen aan een nieuw avontuur. Kijken hoe ver we kunnen komen. Kijken of de markt het aanbod heeft dat wij en onze huurders nodig hebben om betaalbaar en energiezuinig te wonen.
Zodat we ook in de toekomst kunnen blijven bouwen. Omdat het betaalbaar is. Omdat we minder afhankelijk zijn van beschikbaarheid van mensen en materialen. Omdat we evenveel, of meer, aan onze aarde teruggeven dan dat we er uit nemen. Om sneller te bouwen en hierdoor de overlast voor bewoners en de omgeving te beperken. Zodat we onze productie kunnen verhogen zonder dat onze organisatie fors groeit. Zodat elke euro die de huurder ons toevertrouwt snel en zinvol wordt geïnvesteerd.
Omdat we er willen zijn voor de huurder van vandaag én voor de huurder van morgen.