De meeste mensen deugen

Ze schreef me een mail. Omdat de koffiemachine op kantoor in de slaapstand staat. Vanwege Corona. Vanwege de grote verbouwing. We werken thuis. We krijgen een nieuw kantoor. We missen de korte gesprekken. Gesprekken over verwondering, trots en dillema’s. Gesprekken die vaak inspiratie vormen voor een column of voor een blog.

Mijn collega mailde over een huurder die vorig jaar was verhuisd. Mevrouw had een maand dubbele woonlasten. Huur voor haar ‘oude’ huis en huur voor haar ‘nieuwe’ huis. Maar eigenlijk had ze hier helemaal geen geld voor. Geen geld om te verhuizen. Haar hoofd liep over van al dat gedoe dat bij verhuizen hoort. Haar wereld is klein. Ze heeft niet veel mensen die haar kunnen helpen. Eigenlijk kent ze alleen maar mensen van instanties.

Mijn collega bood aan om de huurbetaling een maand later in te laten gaan. Dan had ze de tijd om rustig te verhuizen. Dat scheelde een hoop geld en stress. Nu had ze misschien net genoeg geld om haar nieuwe huis netjes te maken. Er gloorde hoop.

Driekwart jaar later gaat de telefoon van mijn collega over. Het is een hulpverlener. Ze belt namens mevrouw. Mevrouw durfde zelf niet te bellen. Ze zat ergens mee in haar maag. Had er nachtenlang van wakker gelegen. Durfde het aan niemand te vertellen. Ze had het opgebiecht aan haar hulpverlener.

Wat was het dat haar als een molensteen op de maag lag?

Mevrouw had verzwegen dat ze wat spaargeld had toen mijn collega haar had geholpen. Ze had best kunnen verhuizen zonder deze hulp. Ze had wat spaargeld achter de hand gehouden om haar vervoermiddel te laten repareren. Dat vond ze belangrijk. Om haar vrijheid te houden. Dit had ze voor mijn collega verzwegen.

Het afgelopen jaar had ze een kleine aanvulling op haar uitkering gekregen. Dit geld had ze de afgelopen maanden opzijgelegd. Dan kon ze daarmee, de in haar ogen onterechte, ontvangen steun terugbetalen. Het geld stond al op onze rekening.

Mijn collega zat er mee in haar maag. Ze verweet zichzelf dat ze mevrouw in deze vervelende positie gebracht had. Deze had ik niet aan zien komen. Maar ik begrijp haar gevoel. Heb geprobeerd haar er anders naar te laten kijken. Ze had mevrouw haar vertrouwen gegeven. Als het vertrouwen wordt beschaamd zegt dit iets over degene die dit veroorzaakt. Niet over degene die vertrouwen geeft. Mijn collega in dit geval. En waarschijnlijk was de nood hoog bij mevrouw op het moment dat we haar hielpen. Stress beperkt de geestelijke vermogens. Het is haar vergeven.

Ik las de krant. Met daarin het verhaal over de mondkapjes van Sywert van der Lienden. Hij spiegelde de deal eerst ook anders voor dan de werkelijkheid. Maar komt niet zelf tot inkeer. Ook niet na druk vanuit de maatschappij.

Het zal wel met het bedrag te maken hebben. Onze huurder kreeg, in haar ogen, ten onrechte een paar honderd euro cadeau van ons. Sywert streek vele miljoenen op.

Misschien moet Sywert steun zoeken bij de hulpverlener van onze huurder. Dat deze namens hem kan bellen met Hugo de Jonge dat hij spijt heeft. Dat de hulpverlener Sywert helpt om de miljoenen terug te boeken.

Sywert mag ons bellen voor het telefoonnummer van deze hulpverlener. Want uiteindelijk wint de waarheid.

Omdat de meeste mensen deugen.

http://www.bertmoormannn.blog, juni 2021

Plaats een reactie